Een uitgave van mats bv ©

APPELTJE

Jaargang II, 38

'Ik wil appeltje.' Onze dochter is nog steeds geen fan van eten maar een verantwoord tussendoortje is aan haar wel besteed.
Ze mag ook best een appeltje; dat is goed en gezond en het is een kleine moeite om het even voor haar te schillen. Bovendien kan haar broer ook wel wat vitamientjes gebruiken, want die is achter haar aan komen kruipen, zoals altijd wanneer hij het idee heeft dat er wat te halen valt.
Maar het wordt tijd, vinden wij, om het woord 'asjeblieft' eens door te nemen. Net als 'handje voor de mond als je moet hoesten' en die zindelijkheidstraining waar we nog steeds op moeten terugkomen. Je moet toch ooit beginnen. Mijn vrouw zegt dat er ergens bij ons in de buurt een gezin woont met kinderen in dezelfde leeftijd als die van ons, die al 'met twee woorden spreken'.
Als dat waar zou zijn, zou dat betekenen dat wij nu al een opvoedkundige achterstand hebben opgelopen.
Bovendien, onze dochter en haar willetje kennende, zullen wij haar het woord eerst een kaar keer moeten presenteren voordat ze genegen zal zijn het in de praktijk toe te passen. Waarbij dan ook nog een belangrijke rol speelt hoe graag ze dat appeltje feitelijk wil hebben.
'Je moet zeggen: mag ik alsjeblieft een appeltje.'
'Jaahaa.' Daar heeft ze nu even geen zin in, ze wil een appeltje.
'Zeg dan,' doe ik consequent.
'Mag ik asjeblieft een appeltje,' dat wil ze heus wel zeggen, en dat doet ze ook, maar het schiet niet erg op. 'Geef nou!'
Niet helemaal correct, maar vooruit, ze heeft tenslotte gezegd wat ze moest zeggen. De volgende gelegenheid tot opvoeden zal zich weldra voordoen, ze heeft maar een klein stukje gekregen voor die halfslachtige poging.
En jawel hoor, daar is die volgende gelegenheid al: 'Ik wil appeltje.'
'Nee schat, je moet zeggen: mag ik a...,' help ik haar.
'a...appeltje?' gokt ze, quasi niet begrijpend.
'Nee, alsjeblieft appeltje.'
'Ja.'
'Zeg dan.'
'Alsjeblieft appeltje.'
'Alsjeblieft schat.' Ze krijgt een heerlijk stukje want dit keer was het wel echt goed bedoeld.
'Asjeblieft,' accepteert ze dankbaar.
'Dank je wel,' probeer ik toch nog even te corrigeren.
Trouwhartig en goedgemutst kijkt ze me aan. Ze is even de kluts kwijt:
'Asjeblieft.' Maar ze vindt het reuze gezellig, woordjes oefenen met pappa. En het appeltje is heerlijk, en gezond.
Misschien zijn we wel wat te vroeg met onze lessen in welgemanierdheid, we hebben het in elk geval geprobeerd. Aan de andere kant, denk ik, als ik naar mijn zoon kijk die luidkeels zijn aandeel van het appeltje opeist, terwijl hij stevig aan mijn mouw sjort, aan de andere kant kan je niet vroeg genoeg beginnen.