Een uitgave van mats bv ©

DAAN

Jaargang I, 22

Daan kwam langs met zijn vader. Vaak hebben ze een stukje gefietst en dan vindt Daan z'n vader dat hij een biertje heeft verdiend en dan komen ze bij ons langs. Kan Daan ook leuk even met Elma spelen. En, afhankelijk van hoever ze gefietst hebben, misschien nog een biertje.
Wij kennen Daan van zijn begin af aan, van zwangerschapsgymnastiek dus en Daan is okee. Tenminste, wij vinden Daan okee want we moeten wel met hem lachen. Daan is zeker niet stouter dan Elma, maar hij bekommert zich wat minder om zijn presentatie. Bij twijfel, zal onze Elma eerst handje voor handje proberen hoever ze kan gaan, terwijl ze goed in de gaten houdt of iemand zijn hoofd schudt of 'nee' zegt. Daan gaat er gewoon op af en moet echt gestopt worden, bij levensgevaar.
Als er een schaal met koekjes staat, pakt Elma er een af, maakt dat vast goed nat en komt dan vragen of ze het mag hebben. Daan gaat zitten neuriën als iemand vraagt wie de schaal met koekjes heeft leeggegeten. Daan is stoer.
'Het verschil tussen jongens en meisjes?,' mijmeren de vaders wat voor zich uit. Wij, althans onze vrouwen, zijn allebei weer zwanger en de vraag speelt dus weer wat het wordt. Ik weet het, hij niet. Van zijn eigen vrouw niet, en van ons niet, want wij vertellen aan niemand wat we weten. Overigens maakt het niemand van ons officieel iets uit. 'Als ze maar gaaf en gezond zijn.'
De kinderen zijn inmiddels aan een eigen kennismakingsronde bezig. Daan, groter en sterker, duwt Elma om. Zij, motorisch wat verder, prikt met een wijsvingertje in zijn oogje. Allebei brullen. Want je kunt het als ouders nu wel leuk met elkaar treffen, de kinderen hebben een verstandhouding van zichzelf. Maar als de tranen gedroogd zijn, zitten ze al weer braaf samen te duplo-en, elkaars bouwseltjes lief af te breken. Dat komt wel goed met die twee.
'Gaan ze samen naar school, komt hij haar ophalen.'
'Mag hij wel uitkijken, voor het verkeer.'
'Wat later komt hij haar halen voor de disco en iets te laat thuisbrengen.'
'Mag hij wel uitkijken.'
Vaders onder elkaar. We rekken het genoeglijke moment even en stellen de traditionele slotzin voor dit soort gesprekken nog wat uit.
'Als ze maar gelukkig worden.'
Vanuit een ooghoek zie ik dat Elma Daan wijst waar wij de koekjes bewaren.
'Ik zou het niet erg vinden als de volgende een meisje was,' zegt de vader van Daan.
Dat wist ik wel.