Een uitgave van mats bv ©

KAN GEBEUREN

Jaargang IV, 38

'Ik ben stout geweest.'
O. Ik vond al dat hij er een beetje timide bijzat op zijn kleine stoeltje voor de tv, maar zijn moeder zou vast niet geklikt hebben en zijn zus was hevig verdiept in Sesamstraat. Een overbodige en voorbarige bekentenis dus, maar hij wil er blijkbaar over praten.
'Ik heb niet opgeruimd en ik heb haar geslaan.'
'Was mamma boos?'
'Ja,
maar ik zal het nooit meer doen.'
Het is ook altijd wat met die jongen. De ene keer is hij door ons tweeën nauwelijks onder controle te houden, de andere keer kruipt hij volledig onnodig door het stof. Nou houden wij bij ons thuis wel van een beetje afwisseling, maar het moet wel voorspelbaar blijven. Je hebt als ouders toch een verwachtingspatroon van zo'n jongen. Maar we kunnen al het hele weekeinde geen touw aan hem vastknopen. Vrijdag viert hij op de crèche zijn derde verjaardag. Mijn echtgenote dacht dat popcorn wellicht leuk was om te trakteren, hij zelf dacht aan zoutjes. Het werd, als compromis, allebei. Zaterdag was er de traditionele picknick op de crèche. Thema dit jaar: sprookjes. Maar onze zoon wilde desondanks als politiebrand. Na veel soebatten wist zijn moeder hem over te halen om toch als Pinkeltje te gaan, aan de zijde van Pinkelotje, zijn zus. Zonder tegensputteren laat de jongen zich zelfs een kriebelend schapenwollen baardje aanmeten. Hij steelt de show, maar daar gaat het nou niet om. Meerdere jeugdtrauma's tegelijkertijd kwamen bij pappa boven. Die keer dat ik in de carnavalsoptocht moest meelopen in een clownspakje dat mijn moeder zelf had gemaakt. Ik weet zeker dat ik de dooiste clown was van de hele optocht. Of dat ik als kroonprinsje door mijn zus werd voortgetrokken in een versierde zeepkist tijdens een koninginnedag-defile. Mijn tenen krullen alsnog bij de pijnlijke herinnering.
Zondag vieren we zijn verjaardag. Iedereen is er en dus is het een drukte van belang. We besluiten dan ook dat de doosjes met Lego pas de volgende dag uitgepakt zullen worden, zodat de onderdelen in het gedrang niet zoekraken. Vervolgens komt de jarige elk cadeautje inleveren: 'Anders zijn we het straks kwijt, hè pappa?' Dat geloof je toch niet? Elke hard werkende vader heeft voor zijn gemoedsrust zoete kinderen nodig, maar in je hart hoop je toch een beetje op een belletje trekkende, stekelbaarsjes vangende, buurmeisjes pestende zoon. Die van mij komt zelfs zijn zus verontschuldigen als die per ongeluk een glas omstoot. 'Kan gebeuren, hè pappa?'
Ik weet het: hij is pas drie.

'Nee vier!'

'Nee, Simon, drie.'

'Tilly zegt vier!'

'Dat is helemaal niet waar,' zegt Tilly die er natuurlijk ook is.

'Wel waar, want ik ben jarige Job.'
'Pappa…?'
'Ja jongen?' Aan het eind van een veelbewogen weekeinde praten we nog even na op de rand van zijn bed.
'Jij bent lief!'
'Jij ook vent.' Lief, eigenwijs, mijn zoon, pas drie en het komt vast allemaal goed.