Een uitgave van mats bv ©
NAAR BUITEN
Jaargang III, 19
Een prachtige dag. En dus gaan we naar buiten. 'Waar de vogeltjes fluiten', heeft onze dochter van horen zeggen. Haar broer is meteen enthousiast. Pakt zelf z'n laarsjes, stribbelt voor zijn doen nauwelijks tegen als de jas aan moet en is bij wijze van spreken eerder buiten dan dat de deur open is. Geef die jongen een schepje, een hoopje aarde en een grindpad, of, nog dommer, een zandbak en een zwembadje en hij is in zijn element en binnen de kortste keren onherkenbaar. Als wij dat zo inschatten wordt hij later landschapsarchitect of tuinman. Hij heeft de bloembollen sneller opgegraven dan dat zijn vader ze verstopt heeft. Aan de manier waarop zijn zus haar laarsjes aantrekt, de linker aan de rechtervoet en de rechter aan de linkervoet terwijl ze heus wel beter weet, en aan het blinken van die laarsjes, kun je zien dat we wat haar betreft net zo goed op een flat hadden kunnen wonen. Met een leuk balkonnetje om af en toe een frisse neus te halen en de geraniums te luchten. Zij wil ook wel een schepje vasthouden, maar wel een beetje van zich af, zodat de jas niet vies wordt en elk zanderig handje wordt onmiddellijk gemeld.
Tenminste, zo is het de laatste tijd. We hebben haar ook wel eens niet kunnen vinden in de zandbak, terwijl ze er toch in zat. Was ze één geworden met de materie, moest ze eerst schoon gespoten worden met de hogedrukreiniger voordat ze in bad kon. De natuur, vindt ze tegenwoordig echter, laat je aan je voorbijtrekken, op de televisie of in het stoeltje bij mamma achter op de fiets. Daar wandel je doorheen met twee handen stijf in de zakken en verder is er niks aan. Ruim een half uur houdt ze het vandaag uit en dan staat ze te drentelen bij de achterdeur. Fluistert mijn vrouw iets in het oor. 'Ze wil Winnie the Pooh kijken,' overlegt die met mij. Dat is de laatste aanwinst in onze videoverzameling. We hebben pure romantiek om te huilen, Bambi, avontuur met een historische achtergrond, Pokkehandtas - nee pappa, Pocahontas - en de psychedelische klassieker Alice in Wonderland en sinds kort dus Winnie the Pooh. Een houterige film over een beer die gek is op honing. En daarmee is meteen het hele - hele lange - verhaal verteld. De zoon wordt al na vijf minuten kriegelig, maar de dochter wil deze film nu voor de tweehonderdste keer van voor tot achter helemaal zien.
Een stralende dag, zoals we er toch al veel te weinig hebben in ons land , een uitgelezen kans om wat kleur op het bleekneusje te krijgen en onze dochter wil nog voor de middag video gaan kijken. Zeker ook nog limonade en chips? Nou, gráág als het ons niet uitmaakt. Maakt het ons iets uit? Mijn vrouw en ik kijken elkaar weifelend aan. Wij zouden het vroeger vast niet gemogen hebben, als we toen al video hadden gehad, maar is dat een argument? Een ouderpaar in dubio. Ze mag kijken, haar broer krijgt een ochtend lang alle aandacht, we schieten heerlijk op met werkjes in de tuin en straks gaan we een heel eind fietsen.