Een uitgave van mats bv ©

ROLPATROON

Jaargang V, 20

Bij wijze van uitzondering schijnt er een waterig zonnetje. In de luwte uit de wind is het heel aangenaam en ons gezin met winterbleekneusjes koestert zich in de buitenlucht. Rust en tevredenheid daalt over ons neder. Mijn dochter is druk in de weer met Sabrina, de plaspop. Sabrina doet in de ene na de andere speelgoedluier waarvoor ze is aangeschaft en tussendoor wast Elma haar. Schuim zover als we kunnen kijken. Geen wonder dat Sabrina nu en dan een beetje moet huilen; zeker zeep in de oogjes. Mijn zoon staat een stukje verder helemaal op te gaan in een spel met zijn ridderzwaard en ridderschild. Inderdaad, mijn zoon is geen piraat meer, maar sinds kort ridder. Zijn piratenpak was werkelijk tot op de draad versleten en omdat het vanwege teveel kunststof niet gewassen kon worden, op den duur ook een beetje onwelriekend. De lieve buurvrouw bracht uitkomst met een prachtig zelfgemaakt ridderpak; zomaar. Het liefst zou de jongen in zijn ridderpak slapen, maar dat mag om een of andere reden niet van zijn moeder. Overdag gaat hij alleen nog in zijn burgerkloffie naar de crèche. Voor de rest wordt hij uitsluitend gesignaleerd in maliënkolder met het familiewapen op de borst genaaid. We zullen dit onverslijtbare ridderpak moeten doodknuppelen, verbranden en begraven, willen we er ooit nog vanaf komen. Zijn zwaard en schild heten achtereenvolgens 'moed' en 'onenigheid'. Het duurde ook even voordat wij dat door hadden, maar de namen komen uit een tekenfilm. Als er ruzie is tussen de ridders van de tafelronde, steekt iemand - ik denk koning Arthur - zijn schild omhoog en roept vertoornd 'onenigheid'. Vandaar de naam voor het schild. Even verderop in de film gebeurt hetzelfde met een zwaard - nu is het Lancelot, meen ik - onder het slaken van de kreet 'moed'.
Genietend van de rust, die ongetwijfeld van korte duur is, mijmer ik wat voor me uit over emancipatie en rolpatronen. Allebei onderwerpen die bij ons thuis nauwelijks aan de orde komen.
Misschien ben ik even weggesukkeld, want een ijselijke gil van mijn dochter brengt me weer terug in de realiteit. Er is Sabrina iets vreselijks overkomen. Haar hoofdje bungelt los en is nog slechts via een plasgootje met het lijfje verbonden. Een verrassingsaanval van de ridder die zich nu wijselijk een beetje op de achtergrond houdt. Gelukkig kan pappa alles maken, al valt het niet mee onder hoogspanning te werken omdat je dochter naast je staat te gillen alsof ze zelf gekeeld is.
De rust in huis keert pas enigszins weer als de koppensneller en Florence Nightingale zich opmaken voor de nacht.
'Niet het licht op de gang uitdoen, he pappa, ook niet als jullie gaan slapen?' Onze held is pas drie en nog een beetje bang in het donker.
Op dit moment zou ik mijn dochter haar revanche moeten gunnen. Maar daarvoor ben ik mijn eigen jeugd toch iets te vaak door drie jennende zussen een donkere kelder ingejaagd.
Het licht blijft aan.